zondag, augustus 29, 2010

Vandaag maak ik me er gemakkelijk vanaf met te verwijzen naar Dylan Thomas, en een link naar een villanelle, of voor de cultuurbarbaren onder ons, een gedicht.

Wat je ook doet, ga niet zacht in die goede nacht.

Ikzelf ben voor het moment in een Franse nacht, een veel te koude en natte Franse nacht.

Bonsoir, et pour les Flamands la meme chose.

woensdag, augustus 25, 2010

Ik vertel je niks dat je niet al lang wist als ik je zeg dat van alle soorten mensen fietsers ongetwijfeld de sympathiekste en knapste zijn, in tegenstelling tot bijvoorbeeld lopers, die als belangrijkste eigenschappen lelijkheid en dommigheid hebben. Ik maak graag de vergelijking tussen een loper en een kieken met sportschoenen aan.

Wat ik nog niet wist, is dat fietsende reizigers zo mogelijk nog sympathieker zijn, en het bijna zonder uitzondering een feest is ze tegen te komen.

Ik ben 1 uitzondering op die regel tegengekomen. Ik kwam in het eerste stadje in Letland, en in het toeristische bureau stond een fietser van zijn tak te maken, dat dat absoluut niet kon dat ze geen fietsgids hadden van Letland, en dat als hij hen was, hij er rap voor zorgen dat ze er hadden. Tot driemaal toe, op een harde en aggressieve manier, en de mensen van het bureau vriendelijk zeggen dat ze er geen hadden.

Nu mag je drie keer raden wat zijn nationaliteit was.
- Duitser
- Nederlander
- Belg (het was ik, vermomd als fietser)
- Amerikaan

Ook al vond ik het een arrogante meneer, ik had wel een fietsgids van Letland, van gekregen van een Canadees, en ik heb hem dat dan maar even uitgeleend, zodat hij zijn route kon uitstippelen.

Als je zo ver en lang fietst, wil je wel eens op een kaart kijken waar je allemaal was. Ik heb me de moeite getroost om mijn volledige route ongeveer uit te stippelen, na de feiten, ik ben gearriveerd. Bijna waar ik moest zijn. Het einddoel was Finland, daar ben ik niet geraakt. Erg is dat niet, de route van Slovenie naar Letland was al meer dan mooi genoeg.


Dit is een ruwe weergave van langs welke wegen ik allemaal gepasseerd ben. Achteraf bekeken was het traject een kleine 3400 km, wat om eerlijk te zijn een beetje veel is om in een dag of 40 te fietsen. Om nog eerlijker te zijn, ik heb er maar een grote 2000 km van gefietst, iets meer dan 1000 km met de trein gespoord, om toch nog eens wat te kunnen doen en zien.

Nu ben ik in Riga, en dat borrelt en bruist toch iets meer dan op kaap Kolka. Ook al had je daar de zee met haar golven. Het is plezant geweest met het bezoek van de 3 olijkerds, al waren er wel twee die terugkrabbelden toen we na lang ronddolen in verlaten en vervallen achterbuurten de soviet bunker hadden gevonden waar ze een kalashnikov in je pollen duwen, en je enkel terug uit de bunker mag als je de last man standing was. Zo'n kalashnikov, dat schiet vlotjes weg, maar toch moet ik er geen hebben op mijn nachtkastje. Daarvoor is het wat te groot, ik zou een nieuw nachtkastje moeten kopen.

Voor de laatste keer groetjes uit het hoge Noorden, volgende keer dat je me hoort ben ik ergens anders.

zaterdag, augustus 21, 2010

Ik ben met mijn gat in de paddestoelen en in het water gevallen.

De plaats van het delict is Kolka Kapa, Kaap Kolka, een desolaat en verlaten stuk kust, en dat is zowat het meest noordelijke punt van Letland. De Baltische zee clasht hier met de Golf van Riga, al doen die dat op een vriendelijke, Letse manier. 's Ochtends en 's avonds en ertussenin kun je hier zwemmen in het zeer heldere water van de Golf van Riga, dat wel wat frisjes is, maar je bent een kabeljouw als je je daar iets van aantrekt.

In alle Baltische staten zie je vaak mensen uit de bossen opduiken, met een mandje of emmer, en die zijn dan bessen of paddestoelen gaan plukken. Ik eet wel graag eens een paddestoel, maar ik kan geen fallus impudicus van eekhoorntjesbrood onderscheiden, of een eetbare van een giftige. Gelukkig ben ik hier Meera en haar grootvader tegengekomen, die naar jaarlijkse traditie samen een trip van Riga naar Kolka maken. Meera wilde me het abc van paddestoelplukken wel leren. Lieve Meera, die rechten heeft gestuurd, maar sinds 3 jaar haar rechten carriere heeft stopgezet, en nu door de wereld trekt, al mediterend en lesgevend in medidatie en yoga. Swami!

Eigenlijk moest ik nu al volop aan het plukken zijn, het is 9 uur 's ochtends, maar de regen maakt dat ik mijn tentje niet uitkom. Het plan was gisteren om de volgende dag al mediterend (zij iets professioneler als ik) de zonsopgang uit de Golf van Riga te zien, maar toen was het ook al aan het regenen. Hopelijk valt ook mijn les paddestoel plukken niet in het water.

Het klaarde op, en hopsa, we stoven weg in haar golf over gravel wegen en op kleine bospaadjes naar een verborgen plekje aan de kust, waar het goed vissen is en waar je in het bos veel paddestoelen vindt. Rood met witte stippen mag je dus niet opeten, en als er een kransje aan de steel zit, is het vaak ook aangeraden om het niet naar binnen te smikkelen. Het was veel makkelijker dan ik dacht dat het was. Het bos stond tjokvol paddestoelen, en we konden er de kleine en lekkere exemplaren uitzoeken. Toch zou ik het nog niet op mijn alleen doen, want soms werd een door mij geplukte paddestoel afgekeurd, terwijl die toch veel leek op die vorige die wel door de keuring raakte.

Mensen die mij een beetje kennen, weten dat ik graag lees en wel eens in een boek blader. Maar als je per fiets doorheen Europa reist, is het moeilijk om leesboeken mee te sleuren (allez, vooral lastig). Maar geen nood, na het plukken haalde Meera gezwind een Engelstalig boek van Paulo Coelho boven, en mijn dag kon al niet meer stuk.

's Avonds werd het vuur aangestoken, en werd er paddestoelensoep, met zelfgeplukte bos paddestoelen, klaargemaakt. Om het met Arno te zeggen, olalala, olalala, wat was dat magnifiek.

Nu ben ik in Riga, en straks komen er 3 olijke olijkerds op bezoek uit het voor mij verre en voor jullie dichtbije Belgie.

Groetjes uit Riga.

dinsdag, augustus 17, 2010

Dan denk je dat het echt niet meer beter kan, en arriveer je in Liepaja, een stad aan de kust van Letland. Je komt er twee Letse juffrouwen tegen, Alice en Linda, die je een persoonlijk optreden geven op de akoestische gitaar, en die zeggen dat ze hier waren voor een festival (Leipaja is de muziekstad van Letland, 't is maar dat je het weet), maar dat dat festival jammergenoeg de dag voordien gedaan was.

Dan hoor je in de verte live muziek, je gaat met hen mee naar het festival terrein, en ze zijn daar potverpillepap nog een after festival aan het geven, met een Metallica cover groep (die enkel oude nummers speelden, ze weten hier ook wat goed is) en daarna mijnheer Fontaine, de organisator van het Fontaine festival (motto: love in hell), die nog een prachtig blues optreden speelde. Reken daarbij een mooie 30 graden, goedkope drank en een uitgelaten atmosfeer, en dan weet je, ook al denk je dat het niet meer kan, alles kan beter.

Niet dat je het wil weten, maar ik ben ook voor de eerste keer op een naakstrand geweest. Kilometers in de omtrek was er strand, ik was de enige mens in de buurt, en om met mijn fietsbroek in de zee te zwemmen om af te koelen, om daarna met een nat gat vol zeezout verder te fietsen. dat ging me te ver.

Morgen vermoed ik dat ik met mijn gat in de boter zal vallen, en wat er daarna te gebeuren staat, wie weet dat?




zondag, augustus 15, 2010

Ik weet niet goed waar te beginnen, maar laat me dan toch beginnen met te zeggen dat ik niet zozeer een paar dagen van de wereld ben geweest, dan toch wel een paar dagen van het wereld wijde web. En ik heb het absoluut niet gemist. De enige reden dat ik hier nu iets schrijf is dat jij, beste lezer, je niet ongerust zou voelen. Ahum.

Sta me daarna alsjeblieft toe om te melden dat ik vandaag Glen Madeiros gewijs de grens tussen Litouwen en Letland heb overgestoken. Glen Madeiros gewijs, dat wil zeggen dat ik al pootje badend in de Baltische zee, met mijn fiets naast me, van het ene naar het andere land ben getrokken. Het grote verschil met dekselse Glen was dat hij de in de jaren 80 met een vrolijk meestappende blonde juffrouw door het zand stapte, en dat ik een loodzwaar bepakte fiets door het mulle zand moest slepen. Hij deed het moeiteloos, en kon er nog bij zingen, ik heb zitten puffen en zweten dat het geen naam heeft.

De voorbije dagen zijn goed geweest. niet alleen qua weder, overdag prachtig, 's nachts durft het nat te zijn, maar ook qua natuur, eten, mensen ontmoeten en dies meer.

Zo ben ik een Zuid Afrikaans - Nieuw Zeelands koppel tegengekomen, en mag ik al bezoek bij haar ouders in Nieuw Zeeland. Ze waren ook een jaar onderweg en zijn bezig van Londen door Scandinavie en dan terug naar beneden aan het fietsen, om via Turkije en Iran en India naar Zuid Oost Azie te gaan. Ik heb daar eens goed mee gelachen, en een plezante dag mee beleefd.

Ik ben hen tegengekomen in het Curonische Spit, niet te verwarren met het Leuvense spit, waar je allerhande tweedehands spullen kunt vinden. Dat Spit hier, dat is een schiereiland naar mijn hart. Overal, maar dan ook overal, kun je er gerookte vis eten. Laat dit na rode kool met worst en pattaten en misschien garnalen mijn lievelingseten zijn, en ik voelde me er dan ook als een vis die gerookt werd. Zoals het hoort.

Het is daar nog eens schoon ook, met van die mooie zandstranden waar de Baltische zee rustig tegen klotst. Die Baltische zee is trouwens niet echt een zee te noemen. Het water is verre van zout genoeg, je kan het gewoon opdrinken, en bij mij en Duitsers wordt die dan ook Baltisch Meer genoemd.

Dan ben ik nog op een Litouwse camping beland, waar ik direct een goed contact had met mijn buren, Saulus, Rasa en Carolina, en nadat we in het Meer hadden gezwommen, mocht ik al direct mee aan tafel schuiven en smikkelen en smekken van hun heel lekkere schaslik. Die Carolina, dat was weeral eens een voorbeeld van een mooie Litouwse dochter. Ik vermoed dat in Litouwen in het middelbaar een van de belangrijkste vakken is hoe mooie dochters te krijgen, het is dat of dat er ergens een kweekschool voor mooie meisjes is, want wat zien die er hier vaak patent, rank en langbenig uit. Voor de zonen gaat dat vak over kort, gestuikt en bolbuikig te zijn, en dat vind ik eigenlijk geen slechte regeling.

In Litouwen is het nooit te vroeg om een pintje te drinken. Saulus dronk 's avonds bier met 8% alcohol, uit grote literflessen, en de volgende morgen werd er om half negen vrolijk een nieuwe fles opengeschroefd, en een glaasje gedronken. Als je eens een Litouwse dag wil beleven, drink als ontbijt gewoon een Duvel, en blijf dat herhalen doorheen de dag.

Naast het feit dat er bij ons geen natuur meer is, en dat er daar dringend iets moet aan veranderen, begin ik ook te beseffen dat we in Belgie nog iets kunnen leren over gastvrijheid en vriendelijkheid. Ik zie het mezelf nog niet doen, dat ik mensen tegenkom uit een vreemd land, en dat ik zeg dat ze wel bij mijn ouders kunnen gaan logeren. Maar ik ga dus nog vriendelijker worden. Waarvoor op reis gaan niet allemaal goed voor is.

Voor ik in het Spit toekwam (ik probeer hier een Tarantineske tijdslijn uit. alles door elkaar, op het eind komt alles samen en valt de puzzel in een) was ik nog in Vilnius, en o wat was ik daar blij, o zo blij, blijerdeblij, dat ik er nog eens Belgen tegenkwam. In mijn hostel kwam er opeens een meute Joker reizigers toe, en eindelijk kon ik eens zien wat voor volk er in mijn Joker tentje gereisd had voor het mijn tentje werd. Dat volk viel reuze mee, en ik kon blijgemutst naar het Spit vertrekken.

En geloof het of niet, maar ik was eindelijk klaar om kaartjes te zenden. Ik had al postzegels gekocht, en ik dacht in de laatste Litouwse kuststad kaartjes te kopen, die vol te kriebelen en en masse naar Belgie te zenden. Maar in dat zeer toeristische stadje, met wel 50 winkels waar je toeristische prullen kon kopen, was er nergen een postkaart te vinden. Kun je dat nu geloven? Je zal dus nog iets langer op een kaartje moeten wachten.

Terwijl je aan het wachten bent, alvast hartelijke groetjes uit Letland!

woensdag, augustus 11, 2010


Bij ons is er een spreekwoord dat je met de hoed in de hand door het ganse land komt, en ik heb geleerd dat de Russen ook zo'n spreekwoord hebben. Ik heb Gruto Parkas in Grutos, Litouwen bezocht, en daar heb ik geleerd dat het bij de Ruskis (een beetje hetzelfde als huskis, maar dan met een R en met een grote drang om andere landen binnen te vallen) is dat je met een kalashnikov in de hand door het ganse land komt. En je mag er nog eens langer blijven ook, bijvoorbeeld zo'n 50 jaar.

Gruto Parkas is waar de Litouwers veel van de Soviet standbeelden en kunst hebben verzameld (ze vonden het toch niet meer zo schoon staan in hun parken en op hun pleinen), en je kan er dit standbeeld bewonderen, dat treffend bovenstaand spreekwoord (de Russische versie, ik heb er geen standbeeld gezien van iemand die met de hoed in de hand stond) illustreert.

Daarnaast kun je er meneer Oeljanov, soms ook wel gekend met zijn aangenomen artiestennaam Lenin in alle mogelijke formaten bewonderen, in en op zowat alle materialen waar je iemand mee of op kunt afbeelden.



De Litouwse heemkundige kring heeft bij al die standbeelden en schilderijen een historische uitleg en kritische kanttekening geplaatst, en dat maakt het park het bezoeken waard. Dat en de Russische muziek die uit luidsprekers schalt. En dat en de kiekens en eenzame kameel natuurlijk, want om een vreemde reden lopen die er ook rond.

Diversificatie voor als de Soviet tijd een lang verbleekte herinnering is, en niemand nog weet wat de USSR was, en wat die deed in Litouwen?

zondag, augustus 08, 2010

Het feit dat ik een tijdje op vakantie ben mag geen reden zijn om je niet in de wereld van de wondere corporate IT in te leiden, en zijn o zo mogelijk nog meer wonderbaarlijke governance regels, zoals dat in de volksmond heet, te introduceren. Ik ben dan wel een tijdje uit het arbeidscirciut, maar toch hou ik nog vast aan de regels van mijn werk, zo professioneel ben ik nu eenmaal. Zo moet ik daar iedere maand voor de PMO, voor de leken de project management office, een status overzicht geven, en een overzicht waar ik allemaal mee bezig geweest ben, en waar ik de volgende maand bezig mee zal zijn.

Dat bezig zijn, dat wordt in FTE's uitgedrukt, full time equivalents, en ik zal hier nu na een kleine maand een overzicht geven. Sinds 14 juli ben ik ongeveer iets meer dan een week in Slovenie geweest, iets meer dan een week in Hongarije, iets meer dan een week in Slovakije en iets meer dan een week in Polen. Nu ben ik sinds een dag in Litouwen, en net zoals in de bovenvermelde landen is het hier goed aanwezig te zijn. Ik hoor je ondertussen tellen, en van 14 juli tot 8 augustus zijn er niet meer dan 4 weken zoals ik schreef, maar net minder dan 4 weken. Dat komt doordat een FTE eigenlijk maar 8 uur per dag is, en ik meer dan 8 uur per dag bezig ben met op reis te zijn. Is het niet met fietsen, het is met mijn tanden te poetsen, iets te zien of te doen of met locals te spreken, het is om met andere toeristen te spreken (dat lukt vaak beter dan met de locals), of het is om eenzaam en alleen te zitten. Want we moeten een bizon een bizon durven noemen, dat durft ook al eens te gebeuren. Gelukkig niet al te veel, of ik zou hier verkommeren en verwelken dat het een naam heeft.

Ik ben net vanuit Polen Litouwen ingeduikeld, en het was plezant en mooi in Polen. Na Krakau ben ik naar Bielowieza getrokken, waar het laatste gematigd oerbos dat niet door mensen onder handen is genomen staat, en wat heb ik daar ogen getrokken, het waren schoteltjes. In Belgie ben ik wel eens in een bos geweest, en ergens anders ook, maar dit zag er toch nog anders uit. Het bos wordt het bos gelaten, en dat betekent dat er een constante cyclus bezig is van bos worden naar bos niet worden en opnieuw, een beetje naar analogie van de beste film aller tijden, de lion king. Circle of life gewijs.

Ze lokken je daar in het bos met de roep dat het er tjokvol beesten zit, Europese bizons, wilde zwijnen, lynxen, herten allerhande, maar die heb ik daar bitter weinig gezien (misschien had ik beter niet mijn fiets-tap dans schoenen aangetrokken in het bos). Bomen, paddestoelen, vogels en kikkers des te meer, maar ik was toch een beetje onverzadigd, en heb dan maar het aanpalende zootje (kleine zoo) bezocht om de iets grotere dieren die in het bos leven te zien. Raar maar waar, een Europese bizon ziet er uit als een bizon.

Op de camping daar werd ik 's ochtends wakker, en de kaboutertjes of de fietsende Hollanders die ik er de dag voordien tegengekomen was hadden me een kadootje gegeven, een Zubr, wat bizon betekent in de lokale taal, en wat een Pools pintje is. Noem mij dankbaar, maar dat is plezant wakker worden.

Daarna ben ik naar de Mazurische meren getrokken, waar ik van fietsende Canadezen een Duitse fietsgids voor Letland gekregen heb (fietsers aller landen zijn hier verenigd in een solidariteit waar we in Belgie nog van kunnen leren), en heb ik samen met 2 sympathieke Duitsers uit het schicky micky Berlijn de meren verkend. Wakker worden aan een meer, in plaats van je te wassen in het meer zwemmen, bijna helemaal alleen, het is ook weer iets waar we in ons drukke land iets van kunnen leren. Later als ik groot ben, wil ik ook een zo'n Mazurisch meer in mijn tuin. Op een avond werden we daar vergast op een spektakel van duizend bliksems en donderslagen rondom ons op het meer, terwijl het wel droog bleef op ons plekje, en zo hoort het te zijn.

Er was daar ook een volleybal plein, en ik wist niet dat volleyballen zo plezant kon zijn. 't Was eens wat anders dan al dat fietsen. Over dat fietsen gesproken, mijn poep heeft zich aangepast aan het harde bijna dagelijkse ritme van op een fietszadel te zitten, en ik heb het gevoel dat of de puisten verdwenen zijn, of dat het 1 complete puist is geworden die ik niet meer voel. Ik ben hier graag gezien door de bijtende en zuigende insecten populatie, wat maakt dat zowat alles behalve mijn gat nu vol puisten en boebels staat. Met dat ik er zo afzichtelijk uitzie, zeg ik tegen mensen die het vragen dat ik van Nederland ben, om de goeie Belgische naam niet te besmeuren.

Op dit eigenste moment ben ik in Druskininkai, en van 't weekend zat alles vol in de hotels en campings, want er is hier een grote honden conferentie. Normaal ben ik aan honden, maar als die er voor zorgen dat het vinden van een slaapplaats een opgave wordt, is dat al direct veel minder. Ik heb hier honden gezien die er als een schaap uitzien, eentje die er als een zwart wit gevlekte kleine koe uitzag (moest ik er zo een hebben, en ik was 's ochtens nog niet goed wakker, ik zou die proberen te melken denk ik), en globaal gezien klopt het dat baasje en hond op elkaar lijken. Vannacht lag ik bang in mijn tentje te liggen, want er passeerde een storm recht boven me, en mijn tentje gaf de indruk dat het liever niet meer rechtop stond, maar uiteindelijk is alles goed gekomen.

Voor de geinteresseerden onder jullie, morgen gaat het naar Trakai, waar de Trakaiezen Trakaiees wezen te zijn, en daarna naar Vilnius. Benieuwd hoe het daar zal zijn, en groetjes uit lekker Litouwen.

W

maandag, augustus 02, 2010

Tjechen zijn vriendelijke mensen, zelfs als je tegenkomt in Polen en je vraagt of ze Pools zijn, maar als ze hun fles Praded bovenhalen, rep je dan als de gesmeerde bliksem weg. Praded (zo herinner ik me het toch) is een kruidenlikeur, waarop een serieus triestige oude man je aankijkt vanop het etiket, en sinds gisteren weet ik waarom hij zo kijkt. Hij weet al hoe je hoofd de volgende morgen zal voelen.

Je leest het goed, ik ben naar Polen gefietst, nadat ik nog langs het Tatra gebergte gepasseerd heb, om daar te proeven van de Goral keuken. Hun gerechten bestaan half uit look en half uit iets anders, en ik proef de look nu een paar dagen later nog. Ik heb in Polen na Krakow weer een stuk de trein genomen, en de tickets kopen (voor mezelf en mijn trouwe fiets), wat een avontuur was me dat weer. Tjonge, jonge, jonge. Naar 4 verschillende loketten en tweemaal naar de informacija balie hebben ze me gestuurd, tot ik zei "Genoeg, je gaat me nu een ticket geven of er zwaait wat. Weten jullie wel wie ik ben?", dat wisten ze niet, maar toch gaven ze me een ticket.

Ditmaal heb je de groetjes uit Bialystok, waar ik sinds lange tijd weer eens Nederlands heb kunnen spreken zoals het hoort, met 2 Vlaamse ingenieurs die hier voor een waterzuiveringsstation waren.

Mocht je me willen bezoeken, dat kan, dan moet je de komende dagen naar Bialowieza gaan, en dan kunnen we daar samen naar oude bomen en bizons kijken. Doen!